Eindejaarsgedachte
Tussen twee duisternissen heeft mijn spetterkaarsje even fel gebrand. © André Degen
Tussen twee duisternissen heeft mijn spetterkaarsje even fel gebrand. © André Degen
‘Ik moet nodig weer eens beginnen.’ Het nieuwe boek blijft hangen. De schrijver voor wie het geheugen een kwelling was herkent zijn bevrijder niet. Stukken hersenschors drijven in troebel oogwater. Op zijn verjaardag geen jaartje ouder opgenomen in tijdloosheid. ‘Als ik doodga word ik onverdwijnbaar of hoe heet dat ook…
Als puber zag ik al het leven dat ik wilde leiden van mij wegrijden. Ik kwam een oudere jongen tegen op een glimmend nieuwe motor mooie meid achterop. Ze legde een warme band om zijn middel. Zo’n rugdekking maakt je onkwetsbaar. Zoals hij de gashendel achteloos bediende zou ik mijn…
Vanuit onze leunstoel losten wij moorden op bord op schoot nadenkend snijdend in een mals stukje vlees. Door een confrontatiespiegel keken wij bij mensen naar binnen met levens overhoop geschoten. Zelf bleven wij buiten schot. Om het plaats delict trokken wij het vertrouwde scherm tegen inkijkers liftten mee met rechercheurs…
Wende Uitgesloten dat de zon opkomt boven de barricades. Klinkers uit hun verband gerukt doen een gooi naar hun toekomende tijd. Straten voegen zich niet langer als loper naar iedere deur. Verharde gronden worden braak geploegd open voor een nieuwe bovenlaag. Blinde ratten vreten zich razend een weg door…
Wereldleed teruggedrongen tot knusse knisperkrant. Aan dat verticale tafelkleed smul ik van ellende elders. Met miniatuurdrietand sloop ik suikergoedbouwsel laat dwergijsberg afsmelten in duisterheet kaboutermeer. Als ik mij stilhoud tussen oude taarten kleertjeshondjes als disgenoot gaat misschien aan mij voorbij wat bijtgraag aan mij snuffelen komt waar kou en donker…
Zwarte parels De wind verjoeg krantenflarden met nieuws van de tijd losgescheurd. Hiernamaals in het leven roepen vond jij niet nodig. Jij kwam er nu ook niet op terug. In de kamer van reflectie zat ik tegenover een mooie statige vrouw aan haar oren tranen die een andere weg hadden…
Toen ‘Laatste ronde’ klonk voor ons café was het of een kei werd opgetild: Wezens die het daglicht niet konden verdragen zochten verdwaasd naar hun schemer. De woorden klosten tegen elkaar. Wij stelden onze kelen open voor een gulle in- en uitstroom. En dan kwam het uur van de woordontwaarding.…
De dalende zon klemde zich vast op de rand van mijn cocktailglas waar een miniatuur hing van haar ondergang. Een terraszitter zei met een blik op de wespen zieltogend aan zijn voeten: ‘Net goed, ze hebben ons al maandenlang het leven zuur gemaakt.’ Eén wesp kon niet wachten dompelde zich…
Toen mijn moeder voorgoed in horizontale positie gedwongen werd ging de ophaalbrug neer voor het overlopen. Er werden mannen op ons afgestuurd gespecialiseerd in het loswoelen van intimiteiten. Mijn vader zou dat nooit goed gevonden hebben maar hem is al lang geleden het zwijgen opgelegd. Haar thermostaat ging omlaag haar…