Hiroshima, mon amour? Mwah…

Het Peace Memorial Park in Hiroshima met op de voorgrond een zogenaamde cenotaaf waar een vlam brandt die pas wordt gedoofd als alle kernwapens de wereld uit zijn, met op de achtergrond de zogenaamde ‘A-Bomb Dome’, de Hiroshimaanse variant van de Berlijnse Gedächtniskirche. Die vlam zal voorlopig nog wel even branden, denk ik.

Gisteren (20 mei 2023) stond er in De Volkskrant een artikel op pagina 2/3 met, in de dode bomenversie de pakkende kop ‘Atoomdreiging hangt boven G7-top Hiroshima’ (in de digitale versie krijgt het artikel de veel minder pakkende kop mee ‘G7-top van start, keuze voor Hiroshima niet toevallig: groeiende kerndreiging hoog op agenda’).

Dat de keuze op Hiroshima is gevallen, is natuurlijk niet toevallig in het huidige tijdsgewricht: vanuit Rusland klinken immers constant dreigende geluiden over inzet van nucleaire wapens: Russisch staatsidioot Dimitri Medvedev dreigt doorlopend met de inzet van atoomwapens en op de Russische staatstelevisie wordt zelfs getoond binnen hoeveel seconden een Europese hoofdstad met Russische kernraketten bereikt kan worden. Over stemmingmakerij en de geesten rijp maken gesproken.

Ik was zelf bijna twintig jaar geleden in Hiroshima. Ik ging er in de zomer van 2003 vanuit Kyoto per shinkansen naartoe, op 2 augustus, dus vier dagen vóór de dag dat De Bom, toen 58 jaar geleden, af werd geworpen boven een nog nietsvermoedend Hiroshima.

Ik bezocht er het Peace Memorial Park, dat is aangelegd om de herinnering aan de verschrikkingen aan ‘die ene seconde‘ levend te houden. In dat gedenkingspark staat een cenotaaf waar sinds 1964 een vlam brandt vergelijkbaar met die onder de Arc de Triomphe in Parijs. Deze vlam zal gedoofd worden op het moment dat alle atoomwapens de wereld uit zullen zijn. Het zal dus wel een eeuwige vlam blijken.

Vlakbij dat vredespark lag het Children’s Peace Memorial dat is opgericht ter nagedachtenis aan het meisje Sadako, bij wie op tienjarige leeftijd leukemie werd vastgesteld, een kwaal die door de straling van de atoombom was veroorzaakt.

Toen die ongeneeslijke ziekte bij haar geconstateerd werd, begon ze aan een project dat ze helaas niet meer zou kunnen voltooien: ze zette zich aan het vouwen van duizend kraanvogeltjes van papier (kraanvogels zijn in Japan het symbool van geluk en een lang leven).

Het was Sadako dus niet gegeven haar vouwproject te voltooien: ze kwam niet verder dan 644 stuks, toen haalde de dood haar in; haar schoolkameraadjes besloten daarop de fakkel van haar over te nemen en vouwden de resterende 356 stuks om het aantal van duizend vol te maken. Hiermee werd Sadako begraven.

Dit zou ertoe leiden dat er in het hele land mensen in navolging van Sadako begonnen papieren kraanvogeltjes te vouwen en bij het monument te leggen. Tot op de dag van vandaag wordt dat gedaan.

Later is de naam Sadako gegeven aan een van de hoofdpersonen van Die ene seconde van Karl Bruckner, een kinderboek dat gaat over het bombardement van Hiroshima. Het heeft mijn hele kindertijd bij mijn ouders in de boekenkast gestaan, ik heb vaak gekeken naar de voorkant, overwogen het te gaan lezen, maar tot op de dag van vandaag heb ik dat nog niet gedaan.

Verder bezocht ik het Peace Memorial Museum, waar bezoekers de mogelijkheid werd geboden een afspraak te maken met een van de overlevenden van het gruwelijke bombardement om met hem of haar een gesprek daarover te hebben. Ik zag daar destijds vanaf, omdat het hoogstwaarschijnlijk toch een heel obligaat praatje zou zijn geworden, met veel ‘wat gruwelijks’ en elkaar gelijk geven dat ‘dit nooit meer mocht gebeuren’.

Achteraf spijt het me wel dat ik geen gebruik heb gemaakt van de mogelijkheid een getuigenis uit de eerste hand te horen van zo’n belangrijke historische gebeurtenis die weliswaar een eind zou maken aan de Tweede Wereldoorlog, maar tegelijkertijd het nucleaire tijdperk in zou luiden.

Na al die zware kost – in het Vredesherdenkingsmuseum hingen vele foto’s van door De Bom verminkte slachtoffers – was het tijd voor iets luchtigers: door de stad slenteren en wat winkelen.

Mijn Lonely Planet-reisgids kon wel ronkend schrijven dat Hiroshima ‘busy, prosperous and attractive’ was, maar ik vond het maar een sfeerloze, zielloze stad. Het hart leek eruit gebombardeerd. Ook het eten smaakte me die avond minder. Na een overnachting wist ik daarom ook niet hoe snel ik deze stad weer achter mij moest laten, terug naar Kyoto, een sfeervolle, kleurrijke, ademende stad.

O ja, in de titel van deze weblogbijdrage refereer ik aan een door de Franse schrijfster geschreven filmscenario Hiroshima, mon amour.

Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmail

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *