Het kantoorleven, zo gek nog niet

Ja, zo is het kantoorleven nog wel uit te houden!

Ik lees vandaag (28 december 2019) de bijzonder sombere column van Peter Middendorp. Indirect breekt hij daarvoor een lans voor werken op een kantoor, tussen collega’s.

Het kantoor als werkomgeving is vaak bespot: denk alleen maar aan de serie Debiteuren, crediteuren van Jiskefet of aan de boeken van Japke Doutzen Bouma, van wie ‘haar weg naar de top (sic) begon met de onmisbare Gids voor de kantoorjungle‘.

Eenieder die een aantal jaren op een kantoor heeft rondgelopen en daarbij zijn ogen en oren open heeft gehouden had Bouma’s op zich wel aardige stukjes kunnen schrijven: de observaties van de kantoor-archetypes als de overijverige carrièrejager, de ‘kantjes-eraf-loper’, de stoffige, doodsaaie collega die er al een halve eeuw lijkt te zitten, de flirter, etc. zijn wel grappig, maar ook wel erg gemakkelijk.

Ik heb zelf, bij diverse bedrijven, ruim 23 jaar in kantoortuinen gewerkt, maar ik heb er geweldige jaren meegemaakt. Je zult mij er niet zo snel cynisch over horen doen.

Peter Middendorp doet dat bij nader inzien ook niet. Zonder ironie, zo lijkt het, schrijft hij in zijn meest recente column Langzaam gek geworden in mijn eentje: ‘Werken met andere mensen, functioneren als een mensenmens onder de mensen, ik heb er altijd lacherig over gedaan. Maar achteraf, nu ik weet wat er met je kan gebeuren, heb ik te vroeg gelachen.’

Middendorp overpeinst zijn werk-in-huisomgeving en hij is daar niet bepaald positief over: ‘Als je lang met jezelf zit opgescheept, verandert de verhouding met jezelf zoals de verhouding met je naam verandert als je die maar lang genoeg achter elkaar blijft opzeggen. Soms denk ik: zou ik al gek genoeg zijn? Of komt er nog wat bij?’

Je kunt van alles op je collega’s aanmerken, maar, hoe dan ook, je zit te midden van hen niet in het gekmakende kringetje waar Middendorp niet meer uit lijkt te kunnen ontsnappen.

Natuurlijk, op elk kantoor is er achterklap, ergernis over een collega die de kantjes eraf loopt, er is stress in een piekperiode (bijvoorbeeld voor een belangrijke beurs, daar kan ik over meepraten), je hebt de vaak saaie routine, maar ik heb dat alles gezien en zonder morren, wat zeg ik, met een licht gemoed, ondergaan.

Maak het gerust belachelijk, maar je zit op kantoor opgescheept met mensen die, net als jij, de dag door moeten en dat schept een bepaalde saamhorigheid en gezelligheid waar ik na al die jaren met plezier aan terugdenk.

‘L’enfer, c’est les autres’, de hel, dat zijn de anderen, schreef de altijd opgeruimde Sartre in Huis clos, en ik snap wat hij daarmee bedoelt, maar in het geval van mijn kantoorervaringen kan ik dat niet beamen. De anderen waren al die 23 kantoorjaren voor het merendeel een prettige deken of, om het in Middendorps beleving te zeggen, een welkome buffer tegen de gekte.

Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmail

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *