‘Afhijsen’? Nee, geen fijn werkwoord…

Vandaag (5 december 2019) werd ik aan het onaangename werkwoord ‘afhijsen‘ herinnerd. In de straat waarvan de mijne een zijstraat is stonden namelijk een brandweerwagen-hoogwerker en een ambulance geparkeerd. Men was bezig iemand van de eerste verdieping naar de begane grond te transporteren. Dit tafereel bracht onmiddellijk bepaald onprettige herinneringen…

Lees verder

Eind goed…

‘Bloedgeschuurde ontwinkeling gedaagtscherfvrije protszones inteeg..’‘-André, André, gaat het?’‘…getaligde brijsknijter verputtertde slaafvordering…’‘-Lieverd, zal ik even de dokter bellen?’‘…ophemelvrij splinterzaam knokje…’ ‘-Dokter, kunt u alstublieftmet spoed komen? Mijn manslaat wartaal uit!’ ‘…prieglimmer potdoorgetuig totaalverdons…’‘Meneer Degen, kunt u mij verstaan?Gaat u rustig met ons mee.U bent wat in de war,dat is helemaal niet…

Lees verder

Zoon

Voor hem zet ik de blokjestaal in elkaaren zo ontgroeitroerloos paardprentenboekloopt uit totgrasgevoerd snuifdier. Ik breng plintenop ooghoogteboarding waartegenzijn schaterplezierin de kamer terug kaatst. Ik zie graagdat hij mijboven het hoofd groeit. Er mag geen sport zijnwaarin hij mijniet verslaat. Hij mag mijn popheldenachteloos hatenals hij met zijn vriendenweg kantelt.…

Lees verder

Frietkot

Vandaag (11 november 2019) staat er een interessant artikel – en nog wel op pagina 3 – van De Volkskrant over het fenomeen ‘frietkot’. We kennen ze allemaal wel: de haveloze, smoezelige patat- en snackbarakjes aan de kant van een provinciale weg of in een stad, op een plein in…

Lees verder

Mijn hart

Mijn hart, we zijn nu eindelijk alleenver weg van de liefdeen haar open plekkenwaar geweien verstrikt raken. De liefde die harten alleen maaruit hun ritme brengt. Mijn hart, jij doet nugelijkmatig je werktijdens onze vaste ronde. Naarmate ik langer renstampen mijn voeten dit aantot vaste zekerheid: Dat ik mijn leven…

Lees verder

Ononderbroken

Mam, hoewel jij net als ikniet in God geloofde komt het ons nu beter uitmaar wel van een hiernamaalsuit te gaanwant ik wil onze gesprekkenniet laten onderbrekendoor zoiets nietigsals de dood. © André Degen

Lees verder

Alweer vier jaar geleden…

Vandaag (3 november 2019) is het precies vier jaar geleden dat mijn moeder overleed. Vandaar dat ik haar op deze dag herdenk met een van de gedichten die ik na haar dood voor haar en mijn vader geschreven heb: La belle époque Er is ergenseen fotoin een albumop zolder. Daar…

Lees verder

Levende legende

‘Ik moet nodig weer eens beginnen.’Het nieuwe boek blijft hangen.De schrijver voor wie het geheugeneen kwelling washerkent nu zijn bevrijder niet. Stukken hersenschors drijvenin troebel oogwater. Op zijn verjaardaggeen jaartje ouderopgenomen in tijdloosheid. ‘Als ik doodgaword ik onverdwijnbaarof hoe heet dat ook alweer.’ © André Degen

Lees verder

Boomhut

In het altijd groene seizoenga ik wonenin een hangtussen hemel en aarde. Bij bolle bries deinenin het kraaiennestnooit meer uitvliegenmee ruisen metde hoge branding. Afdalen naar de grondmet teruggevondenlogge voetenuitstellen totde roep van de buitenwachtallesoverheersend wordt. © André Degen

Lees verder

Geen gewoon Indisch meisje

Ik rende achter mijn schaduw aan.Ze fietste mijn hoofd binnen, zomaar,Indo-meisje, negentien, twintig,gebleekte spijkerbroek met gordel van smachtwat afgezakt van haar coole chillbillentoonde een tip van haar slipjehet topje van de ijsberg. Gelukkig stelt de stier nooit teleurals de torero de muleta voor zijn brieskop zwaait. Ik zette aan om…

Lees verder