Carla Lipp, die vijftigplussers beter kennen als Jet in de
tv-serie Ja zuster, nee zuster
Gisteren stond het al in De Volkskrant, maar vandaag (3 maart 2017) staat het pas in het Dagblad van het Noorden (ach ja, het nieuws dringt pas later door tot het Hoge Noorden): Jet is dood.
Wie, Jet? Who the fuck is Jet? hoor ik de jongere generatie vragen.
Jet, jongens en meisjes, was een jonge vrouw die in de kindertv-serie Ja zuster, nee zuster, in het rusthuis (waar het trouwens knap onrustig was) van zuster Klivia iets met pruiken deed. Carla Lipp, die eigenlijk danseres was, zong in de serie het populaire nummer De twips. De serie was te zien vanaf het jaar onzes Heeren 1966.
Van de tv-serie kan ik me niets meer herinneren, maar de liedjes van de oerversie van Ja zuster, nee zuster (dus niet de remake met de tamelijk irritante Loes Luca als zuster Klivia) staan in mijn geheugen gegrift. Hoe dat zo komt?
Op mijn derde had ik zes weken lang besmettelijke geelzucht (Hepatitis A) en ik moest al die tijd in bed liggen. De edele kunst van het lezen beheerste ik nog niet en ander vermaak als computerspelletjes had je in die tijd nog niet.
Daarom draaide mijn moeder de godganse dag de twee elpees (een zwarte en een oranje, herinner ik me nog. Ze zijn niet opgedoken c.q. verloren gegaan bij de ontruiming van mijn ouderlijk huis, doch dit terzijde) met de liedjes uit de serie.
Elke keer als de langspeelplaat afsloeg (want over die tijd hebben we het, jongens en meisjes), vroeg ik mijn moeder de plaat weer van voren af aan te spelen. Wat ze als goede moeder deed.
Sinds die tijd zijn die prachtige liedjes met de muziek van Harry Banning en de teksten van Annie M.G. Schmidt in mijn geheugen gegrift, zoals de groeven in het vinyl van een elpee. Tot op de dag van vandaag kan ik sommige nummers letterlijk meezingen.
Als ik ooit een demente, kwijlende gek word die zijn naasten niet eens meer herkent en ’s nachts in zijn onderbroek vanuit de inrichting over straat loopt onder het uitroepen van ‘ik ga naar huis’, dan zal ik de teksten van deze liedjes nóg kunnen meezingen. Laten we hopen dat het nooit zover komt, maar dat iemand vóór die tijd zo barmhartig zal zijn om mij af te schieten.
Maar goed, laten we eindigen met een vrolijke noot: we gaan nu meezingen (en meedoen!) met Twips, twips , twips: