Onvermoeibaar moet ik
het ene woord
laten botsen
op het andere;
positief op neutraal
en dat weer
versus negatief
razend
aan de binnenkant
van mijn schedel
circuit overspannen:
fitte kastanje – lauwe buitenpost – ik draag tapkast – de automatiek stug… sneller, sneller! – gruw, bit, darg, wijting… nog vlugger! – balein, basiliek, basilicum, dijzig, walkvat, hellebaard … tempo, tempo! – vleuting, vliedberg, mensengewier, muien, kaf, zoper, sluif, slufter, kreken, wierdenpad… gauw, gauw, meer vaart, meer vaart!- baldakijn, knal, zever, bariton, baren, ibbel, brijn… knetter, knetteren!
Nog experimenten
voor de hele nacht.
Slapen jullie maar,
één moet er wakker blijven,
waken voor de oververhitting
zoeken naar
de juiste formule.