Als zij voor je loopt, ga je vanzelf harder rennen
Vandaag (8 april 2015) stuit ik op dit artikel: bijna tweeënhalf miljoen landgenoten doen aan hardlopen. En dat legioen groeit dan wel niet, maar de mensen die ertoe behoren lopen frequenter. Ik als fervent hardloper (die overigens tijdelijk wel even ‘een stapje terug moet doen’ vanwege een kuitblessure) juich deze trend natuurlijk van harte toe.
Veel mensen zien de toegevoegde waarde van hardlopen: je ziet snel resultaat, je kunt het onafhankelijk van een club, (in principe) onder alle weersomstandigheden en zonder hulp van anderen doen en het verbetert je (geestelijke en lichamelijke) gezondheid.
Ikzelf loop al meer dan dertig jaar hard; met wisselende intensiteit weliswaar (soms waren er jaren bij dat ik maar een paar keer per maand liep), maar toch. Ik werd in die periode op zijn best bekeken als een ongevaarlijke gek en op zijn slechtst schamper bejegend en nageroepen met flauwe dooddoeners als ‘Hardlopers zijn doodlopers’ en ‘Je kunt ophouden met rennen, hoor, ze hebben hem al te pakken.’
Niet dat dat mij deerde, want ik was er lang geleden voor mezelf al uit: hardlopen is goed voor de gezondheid. In ieder geval voor mijn gezondheid. Ik kon dat medisch toen niet onderbouwen, maar ik voelde het gewoon aan de manier waarop mijn lichaam op het hardlopen reageerde.
Met mensen die dit interesseerde wilde ik destijds best praten over het heilzame effect van hardlopen; voor (vele) anderen die spottend en honend mijn verrichtingen op joggingschoenen becommentarieerden wist ik dat dat verspilde moeite was. Dus ik had er verder met hen niet over.
Het merkwaardige effect deed zich een een tijd geleden voor dat iemand die in de voorgaande jaren altijd tot het kamp had behoord dat mij had bespot nu ineens verhaal kwam halen bij mij. Hij had de laatste tijd van alle kanten gehoord dat ‘hardlopen zo goed voor je was’ en nu sprak hij mij verontwaardigd aan: ‘Had je mij dat niet eerder kunnen vertellen? Jij loopt al zo lang, jij wist dit natuurlijk al een hele tijd. Waarom heb je dat voor mij verzwegen?’
Ik vond dat wel een sterk staaltje van ‘draaien’. Diezelfde man stond al die jaren beslist niet open voor positieve verhalen over joggen en nu nam hij het me kwalijk dat ik die nooit aan hem verteld had!
Maar goed, ik wil het best nog een keertje luidop zeggen: zit u vast, op wat gebied dan ook, ga hardlopen! Uw geest en uw lijf knappen ervan op!
En nu nooit weer zeggen dat ik jullie niet op de hoogte gebracht heb van het heilzame effect van hardlopen.