Vandaag (4 mei 2022) moet ik terugdenken aan de poëzieworkshops die ik ooit gaf aan middelbare scholieren, in het kader van het project ‘Dichter bij 4 mei’.
Tijdens een van die workshops sprak een jongen mij vrijmoedig aan: ‘Meneer, u laat ons nou wel werken, maar waarom schrijft u zélf geen gedicht over de Dodenherdenking?’
Ik maakte mij er toen af met een schertsend ‘Ik schrijf de hele dag al gedichten’, maar het zette mij wel aan het denken: André Degen, noemt zich dichter/schrijver (of geen van beiden), maar inderdaad, waar is zijn eigen herdenkingsgedicht? Ik besloot de handschoen die die scholier mij had toegeworpen op te pakken en schreef toen mijn eigen gedicht voor 4 mei:
Eenieder herdenkt op zijn eigen manier
Een Nederlandse piloot
kwam er op 4 mei
op elf kilometer hoogte achter
dat het in zijn vaderland
precies acht uur ’s avonds was.
Zonder zich te bedenken
zette hij de motoren uit
voor de twee minuten
Dodenherdenking.
In de paniek die uitbrak
verzocht de piloot eenieder
tijdens die 120 seconden
de stilte te eerbiedigen.
Daarna zou hij de motoren
gewoon weer aanzetten.
In die glijvlucht naar
klimmende wanhoop
stierf eenieder
behalve hij
duizend doden.
Na wat een eeuwigheid leek
kwamen de motoren
weer op gang
en de piloot vroeg de passagiers
door de intercom
‘naar welke doden
hun gedachten waren uitgegaan.’
© André Degen