Vandaag (27 augustus 2023) is het weer zo’n typisch Nederlandse zomerdag: fris voor de tijd van het jaar, wolken die zwanger gaan van regen en, ja hoor, daar is die regen al. Daarom denk ik op deze dag graag terug aan zonniger momenten.
Ik was deze zomervakantie namelijk in de Franse Alpen. Daar zie je op zonnige dagen (en dat waren er ook dit jaar weer veel, gelukkig) paragliders (‘schermvliegers’ in goed Nederlands) als een soort exotische, kleurige roofvogels om de bergtoppen scheren.
Het leek mij tijdens zomervakanties altijd al geweldig om daar zo hoog in de lucht te zweven. En toen ik jaren geleden hoorde dat je ter plekke duovluchten met een instructeur kon maken, heb ik dat op een goede dag gewoon eens gedaan.
Wat destijds (2012) trouwens een huiveringwekkend toeval was: uitgerekend op de dag dat mijn luchtdoop plaatsvond (18 augustus 2012) las ik in een Franse krant dat er op diezelfde dag een ongeluk met een paraglider had plaatsgevonden met dodelijke afloop. ‘Ik verzin dit niet’, zou Sylvia Witteman daarvan kunnen zeggen.
Erg duur was zoiets wel: in 2012 ‘deed’ een ‘rondje-om-de-bergen’ al € 80,- voor 20 – 30 minuten. En anno 2023 (hallo inflatie!) mocht ik € 150,- aftikken voor een kwartiertje hangen in de lucht. Maar goed, de ervaring was ook ditmaal (ik deed het voor de vierde keer) fantastisch.
Ik vind paragliden trouwens ook een ‘eerlijke’ sport: je maakt geen (of nauwelijks) lawaai, produceert geen uitlaatgassen en je valt er niemand mee lastig (hoewel er wel eens roofvogels zijn die daar anders over denken…).
Paragliden: dichterbij het gevoel een vogel te zijn kun je niet komen. Je leven hangt niet aan een zijden draadje maar aan nylon draden en toch voel je je volkomen veilig. Paragliden: omdat je niet altijd met beide benen op de grond kunt blijven staan!