Opsporing verzocht!

Gisteren (13 april 2021, de dag waarop mijn moeder 82 had moeten worden…-( was ik op weg van mijn woonplaats naar het adres van een leerling die ik begeleiding geef.

Ik teken daarbij aan dat ik in een uitstekende stemming was, niet gehaast, niet opgefokt. Ik reed op de weg naar Roden tachtig km/u en dat vond ik best. Maar op een gegeven moment remde mijn voorganger (voorgangster, bleek) in een zwarte Renault Mégane zomaar af. Tenminste, dat leek zo, maar ik kwam er al snel achter dat de paar auto’s vóór haar ook moesten afremmen, omdat er een trekker voor hen reed.

In plaats van gewoon achter haar te blijven, haalde ik haar in. Waarom? Ik kan het niet verklaren, want, zoals gezegd, ik was niet gehaast of opgefokt. Maar goed, ‘het was alweer gebeurd’.

Toen ik invoegde na de inhaalmanoeuvre, zag ik dat de jonge, blonde vrouw in de zwarte Mégane haar wijze hoofd schudde om zoveel stompzinnigheid: wat had het nou voor zin om haar in te halen, als je direct daarna moest afremmen tot stapvoets rijden, omdat er vier auto’s voor jou een tractor moest afslaan? Ze lachte er bij, spottend, geringschattend.

Ja, ik zag op dat moment ook wel in dat mijn actie niet al te handig was en ik kon haar reactie dus wel billijken. Om haar dit duidelijk te maken, keek ik in de achteruitkijkspiegel en zwaaide naar haar, lachend, maar niet geringschattend, meer verontschuldigend. Mevrouw Mégane schudde nogmaals haar hoofd, maar lachte daar wel bij, niet meer laatdunkend zoals de eerste keer, kon ik mij verbeelden. Zwaaide ze ook naar mij? Ik weet het niet meer, maar ik zou het graag willen geloven.

Ze reed nog een paar minuten achter mij, maar toen kwam het ogenblik dat ik bij verkeerslichten linksaf moest slaan, richting Roden. Zij reed helaas rechtdoor en uit mijn leven. Als laatste gebaar naar haar toeterde ik en ik knipperde eens met mijn lichten (ja, ik geef toe dat dat laatste tamelijk proleterig was, maar ik wilde echt alles in de strijd gooien om haar aandacht te trekken).

Verder rijdend overpeinsde ik wat er zo-even gebeurd was. Mijn inhaalmanoeuvre van kort daarvoor was inderdaad volkomen zinloos geweest, daar deed ik niet moeilijk over. En dat had ik die allercharmantste mevrouw Mégane graag duidelijk gemaakt. Maar niet op de manier waarop ik dat zopas geprobeerd had.

En ineens overwoog ik, half serieus en half voor de gein, in een krant een oproep aan haar te plaatsen (eenmaal thuis kwam ik erachter dat dat soort berichten helemaal niet (meer?) in de doordeweekse edities van De Volkskrant staat. En hoe plaats je zo’n opsporingsbericht? Ach, laat ook maar, dacht ik, het was ook niet echt serieus bedoeld; ik ben tenslotte getrouwd…)

En ik overdacht daar, in de auto Roden binnenrijdend, hoe ik zo’n oproep zou formuleren: ‘Jij reed 13/4 iets na 14.30 u. tussen Peizermaden en Peizerwold in een zwarte Mégane voor mij. Ik was die man in die blauwe Passat die jou inhaalde. Je schudde toen je hoofd, omdat je mijn inhaalmanoeuvre belachelijk vond. Vond je lach heel leuk en daardoor kreeg ik hoop dat je mijn gedrag niet al te hard veroordeelde. Klopt dat? Reageer dan ajb. Zou je graag laten zien dat ik niet het gehaaste, opgefokte alfamannetje ben waar je me waarschijnlijk toen voor hield, onder het genot van een kop koffie. Wel op anderhalve meter natuurlijk.’

Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmail

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *