Ik had er eerlijk gezegd nog nooit van gehoord, maar sinds vandaag (22 november 2019) is mijn woordenschat uitgebreid met de term ‘intimiteitscoördinator’.
In de Volkskrant van deze vrijdag staat namelijk een interview met actrice Gaite Jansen (nog nooit van gehoord, maar dat is mijn fout) en daarin vertelt Gaite dat er sinds de opkomst van #Me too standaard een zogenaamde intimiteitscoördinator op een filmset rondloopt. Deze moet ervoor zorgen dat er bij naaktscènes geen grensoverschrijdend seksueel gedrag plaatsvindt. Op zich een goeie zaak, natuurlijk.
Ik geef toe dat mijn eerste reactie op dit nieuwe verschijnsel wat lacherig was (‘Zo meteen word je nog geacht een intimiteitscoördinator in je eigen slaapkamer toe te laten’).
Maar mijn stemming werd op slag weer ernstig toen ik elders in de Volkskrant, in de rubriek Top & Flop, las over de onverkwikkelijke scènes in de inmiddels van de buis gehaalde RTL 5-datingshow ‘De Villa’. Daarin worden ‘acht hongerige singles’ met elkaar in contact gebracht om, nou ja, te ‘daten’.
Ik heb gelukkig nog nooit een seconde van deze ranzigheid gezien, maar één enkel citaat van een van de mannelijke kandidaten doet het ergste vrezen. Zo wordt ene José, na een dronken én slapende meid onzedelijk betast te hebben, door haar afgewezen. Desondanks blijft hij bij haar aandringen op seks. Als rechtvaardiging daarvoor zegt hij: ‘Ik was bloedjegeil op een goeie manier, niet op een rare manier.’ Juist ja.
Het programma is godzijdank van de televisie gehaald (overigens pas na felle reacties op de sociale media), maar in zo’n setting zou een intimiteitscoördinator beslist geen overbodige luxe zijn…