‘En hiermee eindigt de Literaire Wandeling…’

André voor café Marleen 2
Nog één keer is de Kleine Pelsterstraat 7 café Marleen (klik op de foto voor een vergroting).

Vandaag (1 februari 2015) leverde ik een bijdrage aan de ‘Stadswandeling Poëtisch Groningen‘. Literaire gids Douwe van der Bijl nam hierin mensen mee naar plekken die een rol hebben gespeeld in het werk en leven van Groninger dichters. Her en der in onze mooie Martini-stad stonden collega’s van mij die iets vertelden over de betekenis van die plaats voor dichters als Rutger Kopland en Hendrik de Vries.

Mij, als enig overgebleven Dichtclub-lid van het eerste uur, was gevraagd of ik aanwezig wilde zijn bij het voormalige café Marleen (nu café De Pels) waar de Dichtclub bijna twaalf jaar lang een onderkomen heeft gevonden. Natuurlijk wilde ik dat graag doen.

Ruim voordat het gezelschap onder leiding van Douwe van der Bijl bij de Pelsterstraat 7 aankwam, had ik me daar al opgesteld, ijsberend voor de gesloten toegangsdeur, hardop de bewoordingen herhalend waarin ik de geschiedenis en de betekenis van café Marleen voor het culturele leven van de stad Groningen zou schetsen.

Toen de groep literair geïnteresseerden aan was gekomen, vertelde ik in het kort het verhaal achter de Dichtclub. Het was een vreemde gewaarwording voor voormalig café Marleen te staan en het reilen en zeilen van de Dichtclub uit de doeken te doen als iets wat geweest was. Het voelde als een tweede afscheid.

Omdat, zoals ik zei, ‘we hier staan voor een café,’ leek het mij gepast een drankgedicht te doen. Dat werd Vastzitten, een gedicht dat ik voor het eerst ten gehore bracht tijdens een Dichtclub-avond:

Vastzitten

Ik klets glazen drank
tegen mijn gezicht aan
en het begint
alweer uit te lopen.

Ik leg aan
bij twee vrouwen
glibber weg
over de eerste de beste zin.

Ze giechelen
genoeg aanmoediging
om weg te gaan

maar ik heb mijzelf
alweer vastgezet
in kleverigheid.

Ik staar in amber
troebel.
Groene blaadjes
zullen tot droesem dwarrelen.

Mijn verhaal past op
de achterkant van
een viltje.
Ik schrijf het rond.

De barkeepster
heeft het briefje
als recept
voor mij klaarliggen.

Ik staar naar de hekjes
hordes
zover als ik kan kijken.

© André Degen

Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmail

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *