Een nieuwe lente en een oud geluid

beleef de lente

Vandaag (17 februari 2015) weet ik het zeker: de lente kan niet lang meer op zich laten wachten. Gistermorgen hoorde ik namelijk voor het eerst dit jaar een scholekster en op deze, vanaf de middag zonnige, dag zag ik de eerste twee kieviten van 2015 en zag en hoorde ik de eerste veldleeuweriken.

Onmogelijk om op zo’n voorjaarsdag-in-spe als poëzieliefhebber niet te denken aan Gorters De lente komt van ver, ik hoor hem komen. Kom er maar in, Herman:

De lente komt van ver, ik hoor hem komen
De lente komt van ver, ik hoor hem komen
en de bomen horen, de hoge trilbomen,
en de hoge luchten, de hemelluchten,
de tintellichtluchten, de blauwenwitluchten,
trilluchten.

O ik hoor haar komen,
o ik voel haar komen,
en ik ben zo bang
want dit is het siddrend verlang
wat nu gaat breken –
o de lente komt, ik hoor hem komen,
hoor de luchtgolven breken
rondom rondom mijn hoofd,
ik heb het wel altijd geloofd,
nu is hij gekomen.

(Fragment uit: De lente komt van ver, ik hoor hem komen van Herman Gorter)

Zelf dichtte ik eens het volgende toen ik de lentesappen in mijn winterkoude lijf traag in beweging voelde komen:

Het aloude ontwaken

De lente kan nog maar net
op eigen benen staan,
om de zondooier
is het vlies gebroken,
een nieuwe generatie
moet uit holen en burchten
het land in.

We snuiven sporen
uit de lucht.

We wijzen windhanen aan
als wegwijzers
en beloven
hun richtingen te gaan.

Sportvliegtuigjes
omhangen de transparante lentetent
met vaandels.

De oude hond
tilt zijn kop op;
hij kan de dans
van lichte geuren
gewoon niet weigeren.

Ik moet mijn klimmende vertwijfeling
enten op de scheutige
opschietende hoop
die mij omsingelt.

© André Degen

Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmail

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *